Terug naar de Motor-pagina




Veluwe-rit 2011

Beschrijving van de Veluwe toerrit

De Veluwe is een gebied wat ruwweg wordt begrenst door de lijn Hattem, Apeldoorn, Dieren, Arnhem, Wageningen, Ede, Barneveld en Harderwijk en dan weer terug naar Hattem. Een bosrijk gebied, wat een groot deel van de provincie Gelderland beslaat. Het is grootste laaglandnatuur-terrein van noordwest-Europa, ongeveer 1000km2 groot.
Bron: Wikipedia.


Motorrijden is leuk. Maar als je alle vaste routes hebt gereden, naar het werk, of naar vrienden, of naar stamtafels dichtbij en ver, en de bekende wegen geen verrassingen meer bieden, en alle stukjes weg op elkaar beginnen te lijken, tja, wat moet je dan?

Simpel, je zoekt nieuwe wegen, en die combineer je in een mooie toerrit. En als je dan toch die mooie rit hebt, waarom voor jezelf houden? Waarom niet delen met je vrienden van de Dutch Honda CX-V club. Zo moeilijk kan het toch niet zijn, een mooie toerrit voor een motorclub te organiseren?

Ik begon met de computer, voorzien van het programma "Tyre" van Jan Boersma, en ingezoomd op een kaart van de Veluwe. Als ik dan toch een rit zou organiseren en samenstellen, dan hield ik het eenvoudig, en begon ik in mijn eigen woonplaats, Ede. En aangezien vlak naast Ede één van de mooiste natuurgebieden van Nederland lag, wordt het een Veluwe-rit. Wat hadden we hier zo in de buurt?

een kaart van de Veluwe
.... een kaart van de Veluwe ...

Allereerst is daar de Ginkelse Heide, beroemd van de Airborne landingen uit de Slag om Arnhem. Vervolgens, niet veel verder weg, de Hoge Veluwe, een uitgestrekt natuurgebied. Iets verder weg is er de Posbank met, en dat is vrij uniek in Nederland, echte haarspeld-bochten. Verder is er een ontzettende hoeveelheid bos in de omgeving, bijvoorbeeld bij Kootwijk. Met al die mooie stukken weg moet er toch wel een route samen te stellen zijn?

Een motor-rit route mag niet al te lang zijn, is de algemene opvatting. Het is mogelijk om een rit van een paar honderd kilometer samen te stellen, maar het moet een hanteerbare hoeveelheid kilometers zijn. Met als leidraad de fraaie routes die Laurens al eens had samengesteld in Noord-Holland en Friesland, kwam ik tot een lengte tussen de 100 en 150 kilometer. Korter zou waarschijnlijk te kort zijn, langer zou niet te rijden zijn op een middag. En de vertrektijd, om iedereen die wil de kans te geven een beetje redelijk aan te komen zonder voor dag en dauw het bed uit te moeten, zou rond elf uur moeten liggen. Ook, en dat vond ik zelf een vereiste, zou de route niet over onverharde wegen mogen gaan. En met deze gegevens kon ik wat serieuzer beginnen met een route in elkaar te zetten.

Een eerste poging, met het aan elkaar knopen van leuke stukken weg kwam uit op een lengte van ruim 190 kilometer. Dat was te veel, maar een tweede poging was met 180 kilometer lengte al niet veel beter. Nog een keertje proberen dan, en dat was al onder de 150 kilometer in lengte, maar miste de prachtige weg over de Posbank, en had een heel stuk 60km/u weg erin. Een lastige weg, die eigenlijk uitnodigt tot sneller rijden dan de toegestane 60km/u. Nee, dat was het ook niet.

Het was niet eenvoudig om een rit te maken die aan alle eigenschappen kon voldoen. Waren mijn eisen voor een tochtje dan veel te hoog? Misschien wel. Steeds maar proberend, achter de computer, met "Tyre" steeds maar aan het herberekenen leek het erop dat een tocht die moest voldoen aan alle eisen onmogelijk was. Tijdens een weekendje-weg hadden we in Eerbeek, aan het Apeldoornskanaal, een leuk restaurantje gevonden. Goede parkeer mogelijkheden, leuk als bijvoorbeeld een stopplaats tijdens een motortocht. Maar steeds als ik die locatie opnam in mijn routes bleek dat te kort op een vorige stop te zijn, of te ver van de volgende stop. Maar ik was natuurlijk niet verplicht om precies dat plekje als stopplaats te nemen. Als ik eens keek wat het opleverde om daar niet langs te gaan......

Het werd een route van ongeveer 145 kilometers. Best vrij veel, vond ik zelf. Maar de stop in Eerbeek werd vervangen door een stop op de Posbank, en dat was een pluspunt, want het is daar, ongeacht het jaargetijde, ontzettend mooi.

Voordat ik de route opstuurde aan Wouter, die binnen de Dutch Honda CX-V club als toertocht commissie fungeerde, besloot ik het zelf eens te rijden. Op het computerscherm zag het er allemaal uitstekend uit, en controle met de afbeeldingen uit Google Earth gaf ook weinig reden tot bezorgdheid. Maar zelf zien en ervaren was toch de beste methode om zoiets zeker te weten.

De controle en het allereerste proefrijden werd in drie stukjes gedaan, op mooie zondagmiddagen in het voorjaar. En na elk stukje werd de computer weer geraadpleegd, er werd er indien nodig een wijziging aangebracht. Zo werd de weg door Kootwijkerbroek vervangen door een weg daar omheen, en werden de vele smalle draai- en kronkelweggetjes door het agrarisch gebied als onnodig lastig en vertragend ervaren, gewist en vervangen door een iets bredere en minstens zo mooie weg die een stuk beter te rijden was.

De Stakenbergweg tussen de Oude Zwolseweg en de N310 werd weggehaald, en in plaats daarvan zou de route direct naar Elspeet gaan. In plaats van Hoog Soeren werd Kootwijk in de route opgenomen, wat achteraf een goede keus was, want net een week voor de geplande datum werd de N344 gedeeltelijk afgesloten. Ook kwam Bud's, de locatie van de Veluwse Stamtafel, daarmee beter als stop-, rust- en lunchplek op de route te liggen.

op de route
.... de route ...

Het tweede gedeelte leek wat saai te worden, nu er niet meer langs het kanaal gereden werd, maar dit werd ruimschoots gecompenseerd door de Heetweg door Kootwijk, en de Hoefweg tussen Hoenderloo en Loenen. De Asselse weg, tussen Kootwijk en Assel bleek helaas ongeschikt, want bij een testrit hield ineens het asfalt op, en bleef er een stoffige onverharde weg over. Prima voor "off the road" motoren, maar niets voor mijn "Rode Rakker", met kuip en al een duidelijke "on the road" machine.

het tweede gedeelte
... het tweede gedeelte ...

Het derde gedeelte, vanaf de Posbank terug naar het beginpunt bij "De Haan" was eigenlijk gewoon goed, en daar hoefde niets aan gedaan te worden. Dus de route was klaar, en kon aangemeld worden bij de coördinator van de club. Ik vond dat twee weken na SJK, 3 september, een goede datum was, met een mogelijke reserve datum een week later, maar Wouter vond dat er maar één datum kon, en dat die zo mogelijk ver van het einde van SJK moest liggen. Dus werd 10 september de dag van de Veluwe rit.

gewoon goed
... gewoon goed ...

Theo J., Erik en Frans Brinkcx werden uitgenodigd als 'meerijders', en op 9 augustus werd de eerste keer proefgereden met Theo en Erik, en 28 augustus, een week na het treffen in Sint Jansklooster, een tweede keer met Frans. Alledrie waren ze het erover eens: het is een mooie rit, en laten we hopen dat we mooi weer hebben.

Nu nog wereldkundig maken dat er een rit was. De tocht werd in de rittenagenda van de club opgenomen en dat was dat. Maar een week of twee voor SJK was er plots een andere rit, in hetzelfde weekend, een dag later, op zondag, in Limburg. Hoe kon dat nu weer? Ik was even bang dat mijn rit, waar ik zoveel moeite voor gedaan had, niet bij Wouter was aangemeld, en daarom geen doorgang zou kunnen vinden. Het bleek achteraf een communicatie foutje te zijn, maar toch, ik voelde me er niet lekker bij. Er waren wel toezeggingen van diverse clubleden om naar de Veluwe-rit te komen, maar ja, als er ook een Limburgse rit is, een dag later........

Alles wat voorbereid kon worden was nu voorbereid. Startpunt, lunchstop, theepauze en eindpunt waren gecontroleerd en in orde. De wegen in de omgeving zouden open zijn, en hoewel de route langs drie of vier wegopbrekingen zou gaan, zou er nergens een omweg gemaakt hoeven worden. Een paar 'way-points', routepunten, werden nog iets versleept om vergissingen met naastgelegen wegen te voorkomen, en de ITN-route bestanden werden in de TomTom geladen. Op mijn eigen site werd een info-pagina geplaatst, en dat waren de laatste puntjes in de voorbereidingen. Nu was het wachten op de aanmeldingen.

Een bericht verscheen op de site van de club, en wie er mee wilde moest zich maar even aanmelden. Het lijstje met aanmeldingen groeide in die laatste week naar elf man, en dat was al meer dan ik in eerste instantie had gedacht. Ook via de e-mail werd er aangemeld, en op het laatst, op de vrijdag voordat we rit zouden rijden, waren er vijftien aanmeldingen. En daarmee drong zich de vraag op: rijden we met één of twee groepen. Bij meer dan tien personen moet de groep eigenlijk in kleinere groepen gesplitst worden, maar vijftien in één groep zou misschien nog wel kunnen. Ik besloot om het van het moment af te laten hangen. We zouden wel zien wat er gebeurde.

Na een nacht niet al te best geslapen te hebben, van de zenuwen, bleef de zaterdag-morgen over voor de laatste kleine klusjes. Had ik het telefoonnummer van Bud's, waren alle foto's al van de camera gehaald en was de geheugenkaart leeg, had ik mijn papieren, pasjes, en eventueel een papieren beschrijving van de route bij me. Het leek allemaal in orde, en om 10:15 stapte ik op, op weg om de eerste, mijn eigen, Veluwe rit te gaan rijden met de mensen van de Dutch Honda CX-V club.

Bij het beginpunt, tankstation “De Haan” waren al een aantal Dutch-CX-ers aanwezig. En na de uitgebreide begroetingen over en weer was het tijd om eerst even te tanken, en de kilometerstand op te nemen. Het eerste en laatste cijfer van de totaalteller stonden op het cijfer '4', en daartuusen allemaal nullen, wat betekende dat mijn trouwe CX-je al 140000.4 kilometers had afgelegd, waarvan de laatste 35000km bestuurd door mijzelf. En dat in vijf jaar.....

Dit historische moment moest natuurlijk wel even worden vastgelegd op de digitale gevoelige plaat. Ik pakte mijn tas, zocht en vond…..niets. Geen camera. Want de camera, netjes klaargezet op de keukentafel, stond daar nog steeds. Dan maar een foto'tje met de iPhone gemaakt, ook al is dat van mindere kwaliteit. Maar zonder mijn camera op stap, nee, dat vond ik geen goed idee. Dus terwijl de rest een beetje verbaasd mij nakeek, reed ik weer weg bij "De Haan", vlug naar huis, stopte snel de camera in de tas, en was na een ruim kwartiertje weer bij het tankstation, waar ondertussen nog meer CX-ers waren aangekomen.

40000.4
... 40000.4 ...

bij het beginpunt
... een aantal Dutch CX-ers ...

Sieds was, zoals hij meestal deed, met zijn Dragstar gekomen. Maar wat een verschil! De geel-gouden delen waren vervangen door glanzend rode delen, de beide spatborden en de tank. Er stond een heel andere motor ineens. Maar hij was niet de enige die op een niet-CX-achtige deze Veluwe-rit zou rijden, want onder de aanwezige motoren zag ik ook snel twee of drie Suzuki's staan. Geen probleem, een ieder mag meedoen. En we hadden geen haast, dus wie er nog geen koffie, aangeboden door Michael, gehad had, kon dat best eerst opdrinken.

Ik overlegde nog even met Erik en de ervarings-deskundige Laurens. Er stonden ondertussen geen 15, maar wel 19 motoren op de parkeerplekken bij het tankstation, allemaal klaar om de eerste Veluwe-rit mee te rijden. Dat zou een erg lange sliert worden. Dus toch maar opsplitsen in twee groepen? Erik en Laurens dachten dat het wel zou lukken, en ik vond het ook wel wat hebben, een zo lange rij motoren achter elkaar. En als het niet ging, konden we later kijken hoe we ze zaak konden opdelen. Uit voorzorg werd er aan Theo en Frans gevraagd om ergens in het midden van de groep te gaan rijden, en daarna was het tijd om de verzamelde menigte toe te spreken. Samenvattend kwam het hier op neer: "Welkom, rij voorzichtig, ik rij voorop, Erik achteraan, en jullie zoeken maar een mooi plekje daar ergens tussenin". Ik had wel eens betere toespraakjes gehouden, maar het was in elk geval duidelijk.

een aantal
... CX-ers ...

19 motoren
... 19 motoren op de parkeerplek...

Ik posteerde mezelf, met de "Rode Rakker" aan de verwachte kop van de groep. Daarachter werd min of meer willekeurig de rest van de colonne gevormd. Het duurde even totdat iedereen het plekje had gevonden waar hij of zij wilde gaan rijden, maar toen het er op leek dat iedereen klaar stond, alle motoren gestart waren en alle helmen vast zaten, toen vond ik het verantwoord om op weg te gaan.

De TomTom was geladen met het eerste deel van de route. En het ging allemaal vrij gesmeerd, dat eerste gedeelte. Wel had ik al vrij snel door dat ik, ook al was de maximum snelheid op een bepaald stuk weg 80km/h, ik er verstandig aan deed om niet veel harder als 70-75km/h te rijden, vanwege het harmonica- of elastiek-effect achterin de rij. Dus werd er voorin consequent te langzaam gereden, om de anderen, verder naar achteren, niet al te spannende capriolen te laten uithalen met hun gashendel. Soms zag ik in mijn spiegels, heel erg ver achter me, een hele lange rij met motoren, maar meestal kon ik niet verder terugkijken dan vijf of zes motoren en soms zag ik er maar twee.

De zon had er nog niet zoveel zin in, het allereerste stukje. De velden langs de route waren wat flets groen gekleurd, en ook het heideveldje was gekleurd in een vermoeide tint paars. Maar ondanks dat was het een mooie rit. Garderen, Speuld, Staverden, door het Leuvenumse bos, langs de beek, over de Oude Zwolseweg, op weg naar Elspeet. En kijk, daar was de zon, en het bos en de weg fleurden er helemaal van op. Alleen jammer dat er in Elspeet een sportwagen voor ons kwam. Het was een hele mooie Toyota MR2 cabrio, zwart, en glimmend van de liefdevolle poetserijen, maar snel ging hij niet. En dat was toch wel lastig, vrij continu met een 15-20 km/u minder als dat er gereden mag worden. Eerlijk gezegd, zonder die rij van 18 motoren achter me had ik allang gas gegeven, en was er gewoon vlot voorbij gereden. Maar nu moest ik me toch wat inhouden. Misschien dat.....

Maar ook bij de rotonde waar de N310 de N302 kruist bleek het autotje dezelfde kant uit te gaan als wij. Hier werd wel iets sneller gereden, maar het was toch met een zucht van opluchting dat ik de oprit van Bud's zag. Linksaf, het grindpad op, en doorrijden tot aan de voorkant. Daar werden alle motoren netjes naast elkaar geparkeerd, en was het eerste deel van de Veluwe rit ten einde. Tijd voor wat drinken, en een hapje eten.

motoren netjes naast elkaar
... motoren netjes naast elkaar ...

Buiten op het terras was er een lange tafel gemaakt van een aantal kleinere tafels, en daar streek de hele club neer. Jassen en helmen en motorkleding werd in een apart hoekje gelegd, en het grote bijpraten kon beginnen. En er werd heel wat afgepraat, daar op het terras bij Bud's, in het zonnetje, terwijl een ieder aan het bestelde drankje zat. Lunch werd besteld, voor elk wat wils, en zodra dat kwam werd het stiller en stiller. Maar omdat de een iets eerder het eten kreeg als een ander, begon het geroezemoes al gauw weer van voren af aan, zodra het eten op was.

voor elk wat wils
... voor elk wat wils ...

het eten op
... het eten op ...

Nadat ik, als één van de laatsten, mijn aandeel in de lekkernijen van Bud's naar binnen had gewerkt keek ik eens stiekum op de klok. Van het uurtje pauze dat we hier zouden hebben was het allergrootste gedeelte al voorbij.Als organisator voelde ik de drang om toch het gezelschap van de stoelen af weer op de motor te krijgen, en aan de oproep daartoe werd min of meer gehoor gegeven. Sommigen vonden dat ik maar moest betalen voor de lunch, maar omdat ik ook al de rit had georganiseerd vond ik dat wat overdreven. Dus stond er een hele lange rij bij Dominique voor de kassa, terwijl zij keer op keer uit de rekening haalde wat deze of gene opgaf en daarna afrekende. Op het einde bleek alles tot op het laatste kopje koffie toe te kloppen.

Maar ik wilde graag een groepsfoto van al die motorrijders bij elkaar. En of ze.... Daar had Dominique ook geen bezwaar tegen, en samen liepen we naar buiten. Daar had een aantal de motor al gestart, en het koste even wat tijd om iedereen bij elkaar te krijgen, maar toen werd de foto dan ook gemaakt.

groepsfoto
... groepsfoto ...

Tijdens het wachten op de lunch had Erik geopperd om toch maar in twee groepen te gaan rijden. Maar we konden niet zomaar weg, want de Silverwing van Theo J. had een lek aan de benzine toevoer. Het gebruikte slangetje was los gaan zitten. Erik kwam op het idee om het slangetje vast te zetten met een Ty-Wrap, en die had ik gelukkig min of meer standaard in de kuip liggen. Terwijl Erik en Theo, twee van de 'toer-begeleiders', samen het probleem van het slangetje oplosten, deelde ik de groep in tweeën. Dat ging heel eenvoudig. Wie vooraan stond zat ik de eerste groep, met mijzelf vooraan en Frans achteraan, en de rest zat in de tweede groep, met Erik voorop en Theo achteraan. Wat wijzen, wat schreeuwen, en hopen dat iedereen het begreep. Dan de "Rakker" starten en verder, want er is nog een flink stuk Veluwe rit te rijden.

Het eerste way-point zat toch niet lekker in de TomTom, die me steeds maar vroeg om om te draaien. Dat deed ik niet, maar ik draaide wel het route punt uit de TomTom. Daarna was mijn navigatie het weer met me eens. In dit stuk van de route verwachtte ik geen verdere problemen, want dit stuk kende ik uit mijn hoofd, tot en met de kruising naar het kanaal voorbij Laag Soeren. En door Kootwijk heen ging prima en door de bossen daarachter ook. Toch kreeg ik daar even een flinke schrik te verwerken, toen ineens, vanuit het niets, met loeiende motor, een scheurijzer voorbij kwam zetten, waarvan de zotte berijder ons zo nodig met een noodvaart in moest halen.

Het enige probleem van dit deel van de reis was het grote aandeel 'verplaatsing-kilometers', de kilometers die we maakte om van het ene mooie stuk weg naar het andere te gaan. Maar omdat het zulk mooi weer was, de weg bijna leeg, en de motoren allemaal rustig doordraaien, was ook dit min of meer saaie stuk een plezier om te rijden.

De afslag naar Hoenderloo kwam in zicht, en in de spiegels telde ik de motoren achter me. De laatste die door de bocht heen kwam leek Michael te zijn, en niet Frans. Dat kwam me wel goed uit, want Michael is met zijn Wing beter herkenbaar op de lange afstand als Frans met een standaard CX.. Verder ging het, over de Hoefweg, langs de ere-begraafplaats bij Loenen, en langs Eerbeek. Over een door groen overschaduwde weg reden we naar Laag Soeren. Daarna was er een wat lastige kruising, waar we allemaal linksaf moeten, Maar ook dat lukt, terwijl langzaam ik verder rij, in de spiegel kijkend of iedereen mee kon komen. De weg langs het kanaal leek wel leeg toen we daar aankwamen. Dat was mooi, dan kon iedereen de weg opdraaien en gewoon aansluiten.

Vrij snel daarna kwamen we in Dieren. Wanneer we moeten stoppen bij het spoor, vraagt Luc, die nu als eerste achter me reed, of ik mijn licht wel aan had. Sinds een kwartiertje wel, want ik had het aangedaan in Loenen, toen ik merkte dat het niet aan was. Bij het volgende verkeerslicht vroeg ik waarom hij dat vroeg, en , evenals bij de tweede Veluwe testrit Frans al deed merkte ook Luc nu op dat hij mijn achterlichten bijna niet ziet. Een puntje om te onthouden.

Door Ellecom reden we naar De Steeg, en daar de Posbank op. Ik wsit niet of iedereen wel door het verkeerlicht gekomen was, en reed het eerste stukje, spiedend in de spiegels, nagal langzaam. Maar het leek erop dat mijn clubje bij elkaar was. De weg begon te slingeren onder de bomen, een asfalt lint kronkelend met steeds een nieuwe verrassende bocht achter de varens omhoog, en draaiend, totdat we plotseling langs het geweldige uitzicht van de Posbank reden. Een paar honderd meter verder was de parkeerplaats, en daar werden de motoren netjes op een rij neergezet, en was voor ons het tweede gedeelte van de tocht voorbij.

Mijn eerste zorg was: waar is de rest? Hebben ze moeilijkheden, of gaat het allemaal van het bekende leien dakje? Motorgeronk in de verte beduidde het naderen van een motor, maar op die mooie dag reden er wel meer motoren over de Posbank, een geliefde plek voor motorrijders, vanwege de vele bochten, waarvan wij de meesten nog moesten krijgen.

Maar na een paar minuten, die mij wel tien keer zolang toeschenen, reed een witte CX het parkeerterrein op. Erik, met daarachter de rest van de groep. We waren weer compleet.

tweede gedeelte voorbij
... tweede gedeelte voorbij ...

Erik, met daarachter de rest
... Erik, met daarachter de rest ...

Het was warm, daar boven op de Posbank, gelukkig was er binnen ijs te koop, en daar werd een goed gebruik van gemaakt. Ik liep ook naar binnen, om even later, met een Magnum Classic tussen de tanden, weer naar buiten te gaan, op zoek naar de CX-ers. Die hadden een tafel gevonden, en zaten uitgebreid uit te rusten van de vermoeienissen tot nu toe.

Niet iedereen zat daar, want Carnax had een probleempje met zijn blauwe CX. Het was me niet helemaal duidelijk waar het probleem zat, maar na enige tijd werd er een proefrondje gedraait op het parkeerterrein, en kennelijk was alles weer in orde.

Het zat daar eigenlijk best heel lekker, op de bankjes in de zon, genietend van het uitzicht en de motoren die langs reden, maar toch, we moesten nog naar Ede terugrijden ook. Na een korte waarschuwing voor de nog komende bochten gingen we weer op pad, en weer in twee groepen. De eerste groep, die achter mij aanreed, had de pech achter een Peugeotje te komen, wat helaas dezelfde kant uitging als wij. En ik wilde best rustig aan doen, maar de Peugoteur deed het nog rustiger, ja, bijna langzaam. Nou ja, zoveel haast hadden we ook niet.

Waar de Bovenallee de Beekhuizenseweg ontmoet was een klein probleempje, want de normale afslag was afgesloten, en er moest een erg scherpe bocht vanaf de Beekhuizenseweg naar de Bovenallee gemaakt worden. En laat er nou net, op het moment dat het Peugeotje die bocht wil maken, een motor van de andere kant komen. De auto stopte midden in de bocht, daarbij effectief de hele weg blokkerend, en de bestuurder wenkte de motorrijder om door te rijden. Die had niet al te veel keus en ruimte, maar reed uiteindelijk toch door, omdat de Peugeot geen aanstalten maakte om verder te gaan. Het was eenvoudiger geweest als de auto eerst was gegaan, maar ja.......

De haarspeldbochten in de Bovenallee werden rustig genomen. Bovenaan zag ik, vlug opzij kijkend, de laatste van de tien achter me rijdende motoren schuin onder/naast me door de bocht komen. Een apart gezicht.

Velp, en dan richting Apeldoorn, via de Apeldoornseweg, N784. En verdraait, net als bij de vorige keren dat ik daar reed, reed ik ook nu bijna de verkeerde afslag op, naar de snelweg toe, terwijl ik de volgende afslag, naar de Koningsweg, de N311, wilde hebben. Gelukkig had ik het, net als de vorige keren, wel op tijd in de gaten, want anders waren we zo naar Apeldoorn gereden.

De weg naar Otterlo, de N310, was afgesloten, maar dat wist ik, en daar wilde ik toch niet naar toe. Bij de N224, de Amsterdamseweg, was het stoppen voor het verkeerslicht. En toen we daar weer verder mochten, konden er maar een stuk of vijf motoren door. Geen probleem, want even verderop was een tankstation, waar ik met de achter me aan rijdende motoren even wachtte totdat ik de koplampen van de anderen door de bocht zag komen. Bij het volgende verkeerslicht, waar de N224 de A12 kruiste, brak de groep weer in tweeën, maar ook daar was een eindje verder een parkeerplekje te vinden waar we eventjes konden stoppen om een auto te laten passeren, om daarna verder te rijden, nu weer met een complete eerste groep.

Zo kwamen we weer in Ede aan, bij het begin- en eindpunt van deze Veluwe-rit, tankstation "De Haan", even later gevolgdt door de tweede groep. Niet op de geplande 15:30 naar pas om 16:35, meer dan een uur na de geplande aankomsttijd. Een vertraging ontstaan door een latere vertrektijd, het afrekenen en de groepsfoto bij Bud's, en de wat uitgebreidere rustpauzes bij zowel Bud's als de Posbank. Maar niemand leek daar een probleem mee te hebben. Allerwege was het van "een mooi rit, een fijne dag gehad" en "goed gedaan".

gevolgd door de tweede groep
... gevolgd door de tweede groep ...

Aan alle goede dingen komt een einde, zo ook aan deze dag. Theo was de eerste die vertrok, anderen volgden. De vier blauwe CX-en werden even naast elkaar gezet, voor een foto-momentje. Er werd nagepraat over de rit, en over de CX-en in het algemeen terwijl er minder en minder Dutch-CX-ers overbleven op het tankstation. Het werd voor mij ook tijd om te vertrekken, en na een uitgebreid afscheid van iedereen, waarbij ik nogmaals de verzekering kreeg dat het een mooie rit en een goede dag was geweest, vertrok ik met mijn "Rode Rakker" naar huis.

Tien minuten later zette ik de CX op de standaard. De eerste Veluwe-rit zat er op. En hoewel er de volgende dag nog een toerrit in Limburg zou zijn, vond ik het toch wel even genoeg. Twee toerritten achter elkaar, dat is toch wel een beetje teveel van het goede........




Terug naar de Motorpagina