Terug naar de Motorpagina


Afscheid van een Vriend



 

Theo Jansen

01-11-1948 / 29-04-2014
 


Bij de nieuwjaarsreceptie in Almere had ik met Theo Jansen afgesproken dat we samen, als er tijd voor was, de koppelingshevel zouden vervangen. Er lijkt al geruime tijd wat olie uit te komen, wat zich dan over het koppelingshuis verspreid. En daarom moet ik steeds per 1500 kilometer een half litertje bijvullen. Maar een week of zo daarna belde Theo op dat hij erg moe was, en dat het koppelingsverhaal uitgesteld moest worden. Het kon even niet.

Geen probleem, gezondheid gaat voor. Maar wat ik op dat moment niet wist was dat het met Theo's gezondheid niet goed ging. Henk T. vertelde het op de Stamtafel Veluwe. Theo had kanker, en het bleek onbehandelbaar te zijn. Het kwam voor ons Stamtafelers als een schok. Via Henk liet Theo weten dat hij er verder geen ruchtbaarheid aan wilde geven, ook niet binnen de club, en zijn resterende energie wilde gebruiken om met zijn familie door te brengen.

Drie maanden lang, elke ochtend naar mijn werk, reed ik op honderd meter van zijn huis voorbij, en steeds bleef het in mijn gedachten: hoe gaat het met Theo? De berichten, via Henk, werden somberder en somberder. Van 'het gaat niet goed' tot 'hij leeft nog'. Totdat, op de Stamtafel in april de melding was: 'het gaat om dagen, niet om weken'.



Vijf dagen later overleed Theo Jansen.



Hij was de eerste die me bij de club verwelkomde, hij was het die belangeloos mij met mijn eerste reparatie problemen hielp. Die me aanspoorde om zelf onderhoud ter hand te nemen, die klaarstond, om, als hij maar even kon, mij en anderen te helpen met gesleutel aan die prachtige, maar soms zo weerbarstige CX motoren.

Theo had met zijn gezin zijn eigen uitvaart voorbereidt. Bescheiden als hij altijd al was geweest had hij gezegd dat er vier CX-ers achter de auto mochten rijden. JiMi, Joost, Sieds en Henk waren de uitverkorenen geweest. Maar Rixt, Theo's vrouw, en Henk hadden in overleg er twee aan toegevoegd: Erik en ik. Zo kon ik toch op mijn eigen manier deze grote vriend van me eren, en begeleiden op zijn laatste reis.

Voor deze speciale gelegenheid werd het ergste vuil van de "Rode Rakker" gewassen. Dezelfde "Rode Rakker" die met een probleempje aan de voorvork, de cilinderkop of de waterpomp op Theo's brug had gestaan, zou nu achter hem aan rijden.

De motorbegeleiders zouden, volgens afspraak met Henk, verzamelen in Ede, en vandaar zouden we naar Bennekom rijden. Erik arriveerde als eerste, al gauw gevolgd door JiMi. Niet veel later arriveerden Henk en Sieds en als laatste Joost. Die was onderweg ingehaald door een Volvo, met daarin een agent, die toch maar even aangaf dat Joost op zijn teller moest letten. Die stond volgens Joost op 120, maar het is wel een mijlenteller......

... om de hoek ...
... om de hoek ...

Iets na twee uur arriveerden we in Bennekom. Er was even wat onzekerheid waar we al die motoren moesten laten, dus werden ze maar even 'om de hoek' neergezet, vlak achter het volkswagenbusje waar later de kist met Theo's lichaam in vervoerd zou worden. Matthijs en Stijn verwelkomden ons, en terwijl Matthijs een testritje met het busje ging maken, liep Stijn met ons mee naar het huis. Gek, zo'n bekend huis, maar nu had het een heel andere sfeer. Ik was vaker door die deur gegaan, had vaker mijn helm en jas in de gang gelegd, maar toch was nu alles anders. Rixt, Kimyra en Kirsten begroeten ons, en toen had ik het even niet meer. Een hoekje, met uitzicht op de kist, en een glaasje water hielpen me er weer iets overheen. Nu kon ik in stilte afscheid nemen, met anderen om me heen die deelden in dit immense verlies.

De motoren werden opgehaald zodat we straks in één colonne konden vertrekken. Er was wat onduidelijkheid, omdat deze dit, en die dat zei, maar uiteindelijk stonden we klaar voor vertrek. De kist van Theo werd, met hulp van wat CX-ers, naar de auto gebracht, en de vracht aan bloemstukken, zijn petje, en een miniatuur motor werden er bij gezet. Matthijs mocht de oude Volkswagen naar het crematorium rijden, gevolgd door een Mini, en wij, als ere-escorte, sloten de rij.

Meestal rij ik netjes, hou me keurig aan snelheids- en voorrrangs regels. Verkeerslichten op rood gebieden mij te stoppen, en ik stop gehoorzaam. Maar nu was snel besloten; rood licht doen we niet aan, we laten ons niet splitsen in twee groepen. Het toeval wilde dat er twee CX650c, twee gekuipte CX500, en twee Silverwings waren, en dat gaf voor dit ere-escorte vanzelf een twee-twee-twee formatie te zien. Naast elkaar rijden, als je 'baksteen' gewend bent is toch anders, vergt meer concentratie. Maar het verliep allemaal vlekkeloos. En Rixt bedankte ons met een simpel en welgemeend: 'Jullie hebben het mooi gedaan'.

... op de parkeerplaats ...
... op de parkeerplaats ...

De motoren werden op de parkeerplaats gezet, en enige minuten later werd de kist naar binnen gedragen. Wij, de CX-ers, liepen toevallig daar weer achteraan, vanwege het wegleggen van al die extra kledij en helmen, die nu eenmaal bij motorrijders hoort.

Door Rixt en Kimyra was me gevraagd een gedicht voor te lezen. Het was een klein soort van gedichtje, waarvan de woorden mij gevonden hadden, toen ik ze het meest nodig had. Ik had ze opgeschreven op de site, en in een iets gewijzigde vorm op een condoleance kaart bij de Jansen's in de brievenbus gestopt. Ik had getwijfeld of ik dat zou kunnen voorlezen, maar had toch weer voldoende rust kunnen vinden om die eervolle taak te kunnen doen bij het afscheid van mijn vriend.

Aan het einde van de plechtigheid liepen we allen nog éénmaal langs Theo. Ik wilde al omdraaien en weglopen toen ik het gevoel kreeg dat ik nog even moest wachten. En ergens vandaan kwam heel zacht Theo's stem: 'Het komt wel goed.' Ik moest me geen zorgen maken over hem, over Rixt of zelfs over mijn CX. Het zou allemaal wel goed komen.

Een kopje koffie en afscheid nemen van iedereen was het volgende punt. Wij, CX-ers gingen niet mee naar de volgende adres, maar vertrokken om naar onze vrienden van de CX-club te gaan, die bij Bud's, de locatie van Stamtafel Veluwe, Theo's Stamtafel, op ons zaten te wachten. Dat vertrek duurde nog wel even om dat er een camera ingepakt moest worden, nog getankt moest worden etc. Maar om vijf over half zes waren we dan ook op weg. Niet meer in 'escorte'-stijl, maar gewoon, baksteensgewijs, ging het naar Nieuw-Milligen, de route die we vaak met Theo hadden gereden.

Bij Bud's had zich een grote groep CX-ers verzameld. Een hele rij motoren op het parkeerterrein gaf al een indicatie van hoe groot die groep wel was, en na een hartelijk onthaal door Coen en Lieke liepen we naar het terras, waar in totaal twintig man/vrouw verzameld was. Coen had in onze afwezigheid al een paar woorden gesproken, en merkte op dat wij, de motor begeleiders, waarschijnlijk de emotie al hadden gehad. Daar had hij helemaal gelijk in. Het deed met goed om hier, te midden van zoveel CX-ers nog even de dag door te praten, en even af te winden en tot rust te komen.

... grote groep ...
... grote groep ...

... op het terras ...
... op het terras ...

Het duurde een uurtje, en toen zag ik JiMi opstaan en zijn spullen bij elkaar zoeken. Hij moest weer op huis aan, en ik besloot om mee te rijden. Van alle CX-ers werd met een zwaai afscheid genomen, en onze motoren reden langs de zijkant het terrein af, op weg naar huis. Het was mijn bedoeling om weer dezelfde weg terug te rijden, maar in Wekerom was er het een of ander aan de hand, en de hoofdstraat, in feite de enige straat, was afgesloten. Of ik nog een andere weg wist, vroeg Jimi. Ja, dat zou wel lukken. Zodoende werd er naar Otterlo gereden over de N801, en vandaar over de N310 naar Ede. Daar nam JiMi afscheid bij de N224, en reed ik door, Ede in, denkend aan de keren dat ik met Theo hier gereden had, vanaf stamtafel Veluwe en vanaf de diverse tourritten. Hier reden we nog samen, en daar, bij de volgende verkeerslichten reed hij rechtdoor, en sloeg ik af. Het laatste stukje reed ik altijd alleen. En de gedachte kwam bij me op dat we allemaal het laatste stuk naar het laatste huis alleen rijden.......

Rust zacht, mijn vriend.

Er is een einde aan het machteloze wachten
mijn ziel, bedroeft, komt nu tot rust
je lach, je kalmte zal ik missen
de herinnering staat in mijn hart gegrift





Terug naar de Motorpagina