Terug naar de Motorpagina



Herfst op een Deauville


Het gemis aan herfststormen, slagregens en invallende vorst doet de natuur vertragen. En een van de gevolgen van die vertraging is dat er veel langer te genieten valt van de herfstkleuren. En als je dan toch op of aan de rand van de Veluwe woont, en de zon schijnt, en de wind vrijwel afwezig is, en er dan ook nog een mooie motor klaar staat....


Het lijkt erop dat aan alle voorwaarden voor een mooie tocht voldoen wordt. En zo rol ik even later rustigjes de poort uit, start de Deauville, en vertrek. Eerst maar eens Ede uit, en dan verder kijken. Via het industrieterrein werd de A30 bereikt, en daar kon de snelheid iets omhoog gedraaid worden. Maar niet teveel, ik had geen haast, de zon scheen, en het leven op de motor was goed. Een beetje koud, maar wel goed.


Achterberg, zo vertelde de gele borden me, was niet goed bereikbaar wegens werkzaamheden. Maar wacht eens, werkzaamheden? Bij Voorthuizen was er een nieuwe rondweg aangelegd en die was al een paar maanden in gebruik. Hoe zou dat rijden? De A30 kwam ten einde en na wat bochten werk reed ik even later op Voorthuizen aan. Nee, deze rotonde was het niet, verderop dan? Ja, verderop, vlak voor Voorthuizen was een kruispunt wat ik nog niet kende. Linksaf voorsorteren, en even wachten tot het verkeerslicht naar groen wisselde.


Het was een nieuwe weg, en dat was goed te zien ook. En het reed erg prettig, met mooie bochten, ruim om het dorp heen. Ik had geen idee waar ik nou precies zou uitkomen. De afslag naar Garderen was nog afgesloten, dat zou nog een paar weken moeten wachten, maar naar Putten en Harderwijk kon ik wel gaan. Ook geen slechte weg om op een mooie dag te rijden. En hier kende ik de weg weer, dit ging naar Putten en verder, maar ook dat kende zo de nodige uitdagingen. Want ergens in mijn beleving vond ik de route Putten-Ermelo-Harderwijk een rotweg, met veel verkeerslichten en stapels snelheidsbeperkingen waar de weg toch uitnodigde om eerder 80 dan 50 te rijden. Maar misschien....


Ondertussen was ik me maar vaag bewust van de omgeving. Ja, de weg en de verkeerstekens, de auto's en de enkele motorfiets die ik zag werden keurig geregistreerd en de juiste actie werd ondernomen ( niet botsen, gas meer of minder, voorrang verlenen of juist niet). Toch was er meer te zien. Hier en daar stonden bomen te pronken met hun herfsttooi, donkerrood en roestbruin te midden van kale takken. En net toen ik daar eens goed voor wilde gaan zitten was er Putten al.


Bij Putten was het altijd: rechtdoor en niet moeilijk doen, wat er op uitdraaide dat het moeilijk genoeg was om een beetje er door heen te komen. Maar als ik nu eens heel eenvoudig de blauwe borden zou volgen? Uiteindelijk bleek het toch weer een soort van omleiding te zijn, maar omdat de route voor mij eigenlijk nieuw was, viel het toch wel mee. Bij het BP tankstation was ik weer op bekend terrein.


En daar was de weg naar Ermelo, dwars door het bos, en dus ook tussen de meest fantastische kleurenpracht die de Grote Schilder op deze herfstdag had kunnen produceren. Rood en bruin, rood en oranje, goudbruin, donkerbruin en helderrood, warm geel, een feest voor het oog. En zo had ik dus helemaal geen oog voor de snelheid meter van mijn Deauville. Niet dat het uitmaakte, want ik zat lekker te genieten van de kleurenpracht, en de snelheid was eerder laag dan hoog te noemen. En het was helemaal niet vervelend om door Ermelo te rijden, want ook daar was er langs de kant van de weg genoeg te zien. Herfst in Nederland, het kan zo mooi zijn.....


Voor Harderwijk moest ik wel even nadenken. De A28 wilde ik niet op, dus werd het de Ceintuurbaan, die gedeeltelijk parallel aan de A28 loopt. Ook deze weg was getooid in de duizenden kleuren van een grootmeester-palet, en het was gewoon jammer dat er een einde aan kwam. Niet dat de Leuvenumseweg een saaie weg was, integendeel, maar de fantastische wilde en enthousiaste kleuren van het voorgaande stuk hadden deze bomen nog niet bereikt, of waren hier al overheen getrokken, waardoor de pracht die hier een week geleden was alleen nog kon worden herleid aan de gedempte en al wat fletse bruine boomkronen, alhoewel er hier en daar toch een glimp van fanatiek kleurenspel te zien.


Via de Jonkheer Doctor C.J.Sandbergweg werd de reis voortgezet. Halverwege die weg staat de uitspanning 'De Zwarte Boer' en ik wilde even kijken of het geheel geschikt was om eventueel een groep motorrijders, hetzij Deauvillers hetzij CX-ers, te ontvangen. Het leek ruim genoeg, en met een voldoende harde parkeergelegenheid. Dus als restaurant op een toertocht was het ruim voldoende.


Langs de Kapel Staverden en de stenen duiventoren van Staverden werd de reis voortgezet. Ik vond het langzaamaan tijd worden om richting huis te rijden. En, zo dacht ik, wat vind de TomTom ervan? De reis naar huis die de TomTom me voorstelde kwam overeen met wat ik zelf ook al in gedachten had, en zo volgde ik braaf de TomTom. En juist dat braaf en rustig de TomTom volgen.... Een rotonde, rechtdoor, tweede afslag. Niets aan de hand, totdat ik een paar kilometer verder even naar de instrumenten keek, waar heel rustig het knipperlampje van de richting aanwijzer nog steeds stond te knipperen. Juist ja, toch de aandacht erbij houden, want die richting aanwijzer is nog niet helemaal in het systeem opgenomen merkte ik.


Tussen Garderen en Harskamp kreeg ik nog een laatste vleug kleurenpracht over me heen, maar tussen Wekerom en Ede waren de donkere takken tussen de roestbruine bladeren meer en meer zichtbaar. Maar ook dat hoorde bij een herfstrit, evenals mijn koude tenen. De handkappen die ik had aangeschaft bleken perfect te zijn, mijn vingers bleven uit de wind, en met de dikke handschoenen aan had ik geen koude handen. Maar koude tenen, die had ik wel.


In Ede werd de Deauville weer op zijn plekje neergezet. Misschien was dit de laatste rit van 2019, maar, misschien ook niet....






Terug naar de Motorpagina