Terug naar de Motorpagina


Vechta 2011, zaterdag


Proloog        Dag 1        Dag 2        Dag 3


Regen, het eerste wat ik hoor de tweede dag is regen op mijn tent. Dat is op zich natuurlijk geen probleem, zelfs geen uitdaging, want mij Khyam is heel erg waterdicht. Maar het is een minder goed begin van de dag. En wat begin van de dag betreft, ik zie op mijn klokje dat het pas tegen half zes is, veels te vroeg om me zorgen te maken over het weer. Ik draai me nog even om, en val prompt weer in slaap.

Als ik een anderhalf of twee uur later waker word is de regen verdwenen. Mooi. Het kost me wat moeite om wakker te worden, en wat belangrijker is, wakker te blijven. Misschien dat een ontbijtje straks daar verandering in kan brengen. En nou ik toch daaraan denk...... waar is dat stomme polsbandje, wat iedereen kreeg bij de aanmelding, en wat min of meer geld als entree- en ontbijtbewijs. Een zoektocht door de chaos in mijn tent levert het gezochte bandje op, maar wel in de tanktas, onder mijn bankpasjes. Dat is niet goed, want die tanktas heeft sterke magneten, en daar kunnen de bankpasjes niet tegen. Dat heb ik al eens eerder meegemaakt. Het is niet te testen natuurlijk, maar het zou best kunnen dat ze niet meer bruikbaar zijn. Jammer, maar het is niet anders.

Met mijn vouwkrukje aan de schouder, het entreebandje in mijn zak (want dat ga ik dus echt niet om doen) en de regenjas aan ga ik op weg naar het Vechtase ontbijtbuffet. Tot mijn verrassing is de lange rij met mensen niet aanwezig. Ook hier werkt de dreigende regenlucht door, maar nu eens in mijn voordeel.


... geen lange rij ...

Broodjes, eitje, beleg. Dan een niet onbelangrijk deel van het Vechta ontbijt: koffie. Omdat vrijwel alle zitplaatsen traditie getrouw bezet zijn, of bezet gehouden worden door onze Duitse gastheren wijk ik uit naar de restanten van het kampvuur. Bordje en koffie op de bank, krukje uitvouwen, en ik zit prinsheerlijk aan het ontbijt, naast het vuur wat nog steeds een restwarmte uitstraalt. Als de koffie op is haal ik een tweede ronde, en zo kan ik er weer een beetje tegenaan, deze zaterdag.

Meerdere Dutch CX-er gaan ontbijten, en gaan bij het kampvuur, met het bordje op de knieën zitten. Rustig aan, want ontbijt is er tot half elf. Maar ik heb me voorgenomen om toch even CX-en te gaan tellen, en nu is een net zo goed moment als vanavond laat, of morgen ochtend.


... bij het kampvuur ...

Twee keer raak ik de tel kwijt, maar uiteindelijk stel ik vast dat er 201 CX-en op het middenterrein staan. Een heel verschil met voorgaande jaren, toen er, zoals in 2007, meer dan 300 CX-en CX- achtigen zijn. Het zal wel aan het weer liggen.

Maar het weer klaart op. Bij het kampvuur zitten her en der leden van de Dutch CX-club na te praten, en kennelijk toch te genieten van de restanten van het immense kampvuur dat regen en tijd doorstaan heeft, en nog steeds warmte verspreidt. Ikzelf ga even lekker in een stoeltje, afkomstig van het terras, voor de tent zitten, om van het zwak doorbrekende zonnetje te genieten. Stephanie komt erbij, Antoon, Michael, Lieke, en langzaamaan ontstaat er op het open plekje tussen de tenten een Kamp Holland trefpunt Er komt een brandertje tevoorschijn, en Michael weet met hulp van dat brandertje en een aansteker op voortreffelijke wijze wat water aan de kook te brengen. Koffietijd, op z.n Vechta's

Het bestuur van de Dutch CX club grijpt de gelegenheid aan om, na het ontbijt, een bestuursvergadering te houden. Ze zijn nu toch allemaal bij elkaar, dus makkelijk zat. Onder een parasol worden gewichtige zaken besproken, waarvan wij, de gewone CX-ers later het resultaat zullen zien. Of niet natuurlijk.


... bestuursvergadering ...

Er is weliswaar een toerrit gepland door Sieds, en er zijn ook diverse tochten door de organisatie uitgestippeld, maar ik ben moe genoeg om lekker voor de tent te blijven zitten. Werner, die nog een ander treffen in Nederland heeft, is al weer verdwenen. Net als ik blijven ook Coen, Antoon , Michael en anderen blijven gewoon op het terrein, en zo verstrijkt, met een tweede kopje koffie, de tijd in alle rust. Wel wil ik naar het trefpunt aan de Dümmersee, vanwaar de gezamenlijke terugtocht met alle motoren naar Vechta gaat plaatsvinden. Ik haal het papiertje met de route gegevens op, en plaats de bestemming alvast in de TomTom.

Als Coen vraagt wie de route weet, geef ik hem de route beschrijving, en ja, die mag hij houden, want ik heb alles al in de TomTom staan. "Oh, jij gaat ook, dan rijden we achter jou aan" ja maar, denk ik, dat was niet de bedoeling.....
Mijn plan was om een klein rondritje te maken, ergens een soort van lunch te bemachtigen en dan ter Dümmersee te trekken. Nu ben ik in ene tot 'voorman' en 'gids' benoemd. En dan moet er ook nog getankt worden. Nou ja, we zullen wel zien hoe het uitpakt. Als de TomTom het adres maar goed heeft, want anders zit ik met de gebakken peren, en zal ik tot in lengte van jaren moeten aanhoren, dat ik de Dümmersee niet kon vinden.

Om drie uur zullen de verzamelde motoren vertrekken vanaf de Dümmersee, om in colonne terug te rijden naar Vechta. Het is een half uurtje rijden, reken ik snel uit, met een beetje rust, en wat tijd om te tanken, dus om een uur of twee worden de jassen aangetrokken, de helmen opgezocht en de motoren gestart, en stellen we ons op langs de oprit. Coen weet wanneer de laatste zich aansluit, dus hij mag van mij naar de pomp rijden. Het valt mee, een stuk of acht Cx-ers rijdt met ons mee. Maar als ik getankt heb lijken het er meer. Volgens mij heeft een ander groepje zich bij ons aangesloten, ook op weg naar de Dümmersee. Maar dat moet heel even wachtten, want voordat we Vechta uit zijn gebaart Coen, tweede in de rij, dat ik even moet stoppen. Het blijkt dat de tankdop van zijn "Ouwe Rooie" niet goed sluit, en spetters benzine uit te tank spetterden. Dat kost een hoop geld, en is bovendien erg ongezond en gevaarlijk, dus eerst de dop er weer op, en dan verder rijden. Het lukt aardig om de groep bij elkaar te houden, langs rotondes en afslagen, en langzaamaan komen we in de buurt van Dämme. Het lijkt dat ik de omgeving en de weg herken, van de rit naar de Dümmersee twee jaar geleden, maar ik ben er niet heelmaal zeker van. Verder gaat het, dan weer een stuk 60, dan weer 80 en soms een stuk met 100km/u. Als de TomTom aangeeft dat ik er bijna ben moet ik goed opletten waar ik heen moet, maar dan herken ik in de verte de weg en de parkeerplaats. Juist, we zijn er, gelukkig en mooi op tijd ook.

De CX-en en andere motoren worden op de parkeerplaats neergezet. En nu wil ik kijken of er ergens ook een frietje of zo te halen is. Helaas, dat gaat hier niet. Vis, ja, visgerechten in soorten en maten. Volgens mij kan die grote hoeveelheid vis nooit uit dat ene meer komen, maar ja, wie weet.

Aan de rand van het meer zit KuipWillem van de zon te genieten, en van de toeren die ze aan het uithalen is met een zeilboot die in de takels hangt.

de rand van het meer
... de rand van het meer ...

Het is altijd een genoegen om mensen te zien werken, en een haast nog groter genoegen om te zien dat het bijna fout gaat met die boot en dat stuk ijzer. Maar het lukt de werkers toch. Ook nu weer verhalen, maar nu over zeilen en boten en varen, en het is opvallend dat zoveel motorrijders ook min of meer enthousiaste watersporters zijn. Om vijf voor drie loop ik weer naar de "Rode Rakker" en het valt me weer op dat er minder motoren staan alsdat ik twee jaar geleden zag. Omdat mijn CX-je een beetje staat ingebouwd tussen de motoren van Coen, Michael en Theo moet ik even wachtten totdat die er ook zijn, en dan is het zaak een plekje te zoeken in de lange stoet motoren die richting Vechta gaat.

Het eerste stuk gaat goed. De voorrijdende motoragent weet het overige verkeer te stoppen, en af en toe staat er een Weser-Ems-Elbe stamtafelaar het overige verkeer te blokkeren. Door rood rijden, geen voorrang verlenen, het kan allemaal, en het gaat goed totdat....
Ergens gaat er een verkeerslicht op rood, en vanaf links gaat het licht dan op groen. En er is geen verkeers-blokker op de motor om dit te voorkomen. Dus twee-drie auto's wringen zich tussen de motoren, daarbij de colonne effectief in twee‰n snijdend. Dat alles gebeurt amper dertig meter voor me, waar ik Theo zie rijden. Daar zullen ze niet blij zijn met zo'n verkeersdeelnemer. Nu zijn we onze motoragent en politie escorte kwijt. Ook is er niemand die de route weet. Dat laatste is snel opgelost, want in de verte is het staartje van de eerste helft van de colonne nog zichtbaar. Verder dus, achter de kopgroep aan. Maar nu zijn we een gewone, zij het heel grote, groep met motorrijders, en moeten we wel stoppen voor rood en voorrang verlenen. Vlak voor me ontstaan warrige verkeerssituaties als motorrijders proberen weer aansluiting bij de kopgroep te vinden, daarbij de tussenin rijdende auto's inhalend, wat die natuurlijk ook niet prettig vinden. Nee, het gaat een stuk minder goed als de laatste keer dat ik in deze "terug naar Vechta" rit mee reed.

Op een moment zijn de koprijders van onze groep de weg kwijt. Er wordt nog wel rechtsaf gegaan, maar dan.... Gelukkig komt er een motorrijder, voorzien van een felrood hesje in volle vaart langs, een verkeers-blokker die achteraan heeft aangesloten, en nu heeft gemerkt dat er wat mis is aan de voorkant. Hij neemt de kop over, en stuurt de groep rechtsaf, onderwijl het verkeer van links blokkerend. Verderop staan mensen op de weg, die ons de "Moorkamp" opsturen. Zover waren we dus als. We rijden het terrein op, en weer mogen de CX-en op het middenveld, en de gewone motoren moeten op een ander plekje. Op het midden veld is het best een beetje en chaos, want iedereen wil op een bepaalde plaats staan. Ik trek me daar niet zoveel van aan en rij de "Rode Rakker"achter de meute langs, naar een plaats lekker vooraan, en niet zo heel ver bij de tent vandaan.

Als ik mijn motorjas, helm en laarzen in de tent heb gelegd, en weer op weg ga naar de motor, kom ik Michael en Coen tegen. Hoe ik het vond, vraagt Coen. Ik heb er maar één woord voor nodig, om het geheel te beschrijven: 'Rommelig' Ja, we zijn het erover eens dat het wel wat beter kon. Maar veel tijd is er niet over, want een brandweerauto rijdt het terrein op. Die komt, net als voorgaande jaren, een officiële CX-foto maken van alle op het midden terrein geparkeerde motorfietsen. Als de fotograaf omhoog gaat ik het bakje van de brandweer hoogwerker sta ik netjes bij mijn CX te wachten totdat de foto is genomen.

brandweer auto
... brandweerauto ...

Maar daarna gaan er anderen ook even naar boven, want ineens zie ik dat eerst Frans, en daarna TheoU ook met de brandweer man in de bak gaan, en helemaal naar boven worden 'uitgeschoven' met de telescoopladder. Eerlijk gezegd vind ik het wel wat hoog, een beetje te hoog naar mijn smaak.

Frans
... eerst Frans ...

TheoU
... daarna TheoU ...

Touwtrekken is het volgende punt van het programma. Er hebben zich 6 teams aangemeld, teams van vier in plaats van vijf personen, want het touw is te kort. Foutje van de planning, vind ik. Er wordt getrokken volgens het 2 van 3 systeem, waarbij twee teams drie keer achter elkaar om het hardst trekken, en wie tweemaal wint, is de winnaar.
Coen heeft een team bij elkaar weten te krijgen, bestaande uit Michael, Cosmar, de Engelse Dutch-CX-er Trevor en Coen zelf. Tot hun eigen verrassing winnen ze de eerste wedstrijd. Ook de volgende wedstrijden worden gewonnen, zo krijgen we dan een beladen finale, Duitsland tegen Nederland.

winnen de eerste wedstrijd
... winnen ze de eerste wedstrijd ...

Spieren tegen spieren, tactiek tegen brute kracht, wilskracht tegen grof geweld, de kansen wisselen met het verstrijken van de minuten, ja seconden. En dan, voetje voor voetje, krijgt één team de overhand, en de eerste ronde gaat naar Duitsland

Het Vechta terrein is bijna uitgestorven nu iedereen bij het touwtrekken staat te kijken. De twee teams, die elkaar zo weinig toegeven staan na een paar minuten rust al weer klaar voor de tweede ronde. Als de Duitsers weer winnen zijn zij kampioen. Maar winnen ze? Het sein tot trekken wordt gegeven, en de spanning loopt hoog op, en als het niet door de luidruchtige aanmoedigingen van de omstanders onmogelijk was gemaakt, had je de spanning van de spieren van de acht kunnen horen. Hakken in het gras, centimeter voor centimeter, trekkend aan het touw uit alle macht en heel, heel langzaam komt er beweging in het rode midden-merk van het touw. Heel langzaam verliest één team terrein, en dan verliest er één man zijn balans, en het Dutch-CX team wint de tweede wedstrijd. Het staat gelijk, en de laatste wedstrijd zal de beslissing brengen.

trekkend aan het touw
... trekkend aan het touw ...

Duitsers
... verliest één team terrein ...

De deelnemers wordt een moment van rust gegund door de scheidsrechter. Aan beide zijden staan de deelnemers te hijgen, na deze ongewone en grote inspanning. Maar erg veel tijd krijgen ze niet, de laatste ronde begint. De deelnemers stellen zich op, handen aan het touw, het straktrekkend over de middellijn, waarbij elke centimeter nu al omstreden is. "Zieh", trekken, roept de scheidrechter, na met moeite het midden van het touw boven de middellijn te hebben gebracht. Het Nederlandse team zet zich schrap, geeft geen centimeter van de ruimte prijs, de Duitsers spannen zich in, om een centimeter te winnen. Wie zal het eerste moeten opgeven, één team begint iets te zwaaien, aan hun einde van het touw. Het andere team staat nog op de begin positie, hakken diep in de grond. Gewicht tegen tactiek, kracht tegen kracht, en dan op het juiste moment, als de tegenstander iets verslapt en naar adem moet happen, een korte uitbarsting van energie, en het Duitse team heeft verloren. De Dutch-CX-ers hebben het touwtrekken gewonnen!

gewonnen
... gewonnen! ...

Als de opwinding van het touwtrekken is weggeëbd gaat men over tot de orde van de dag. En dat is voor mij: eten. Een frietje bij de snackcar is niet het meest gezonde voedsel wat er is, maar het vult de lege maag toch. En ondertussen kun je kijken naar wat er allemaal rondloopt op het treffen. Niet dat dit een onverdeeld genoegen is, merk ik, als een persoon vanuit de douches naar de tenten loopt, want sommige dingen zouden verboden moeten worden, die bederven de eetlust en zijn zeer onesthetisch.

TheoU pakt zijn zaken al weer in, wegens andere afspraken in Nederland. Maar wel is in de loop van de dag Piet E. met vriendin aangekomen, om de Hollandse gelederen te versterken.

Wat kletsen en wat drinken, een praatje hier en een babbeltje daar, de tijd vliegt voorbij. Ik besteld bij de dame met de borduurmachine een pet voor Joke, als souveniertje uit Vechta. Morgenochtend is het klaar beloofd de borduurmachine vrouw me. Dat komt goed uit, want morgenochtend ben ik nog hier, dus kan ik dan de pet afhalen. Die borduurmachine is overigens een mooi stukje techniek. Geen CX, maar wel een knap ontwerp. Een XY plotter met naald en draad.

borduurmachine
... borduurmachine ...

Het is bijna tijd voor de prijs uitreiking. In het verleden is het wel gebeurd dat ik, net op het moment dat de mooiste CX van het treffen aan kwam rijden, de batterijtjes van mijn camera leeg had. Dat zal me nu niet gebeuren, heb ik besloten, en ik stop nieuwe batterijen in het toestel. Zo. De toespraak en prijsuitreiking kan beginnen. We staan, volgens de spreker, allemaal veel te ver van het podium, en moeten allemaal dichterbij komen. Er zijn, zo vervolgt de spreker, 435 inschrijvingen geweest, waarvan 39 kinderen. Leuk om te weten, maar de prijzen, die ze dit jaar hebben bedacht, wat zijn die.

In een poging om onverwachte dingen te doen is de organisatie van het treffen met een prijs voor het mooiste nummer gekomen, voor een CX met nummer CX 500. Tja, dat lukt bij ons in Nederland niet. Wat hebben ze nog meer bedacht?

De volgende prijs is voor het mooiste kontje, nou ja, de mooiste achterkant. Van een CX wel te verstaan. De motor wordt erbij gehaald en ja, het is een indrukwekkende achterkant met al die vetter koffers erop.

De prijs voor de meest bijzondere CX gaat naar de levensgevaarlijke rijdende Bar. Een eng apparaat, wat door meerdere mensen bedient moet worden. Het rijdt, dat wel, maar tijdens een demonstratie rondje wordt tegen het podium aangereden, en de drie mansen die het gevaarte besturen hebben duidelijke wat co”rdinatie problemen.

kontje
... mooiste achterkant ...

rijdende bar
... rijdende bar ...

Een prijs is er ook voor de CX die zeker niet zal omvallen, want die heeft de grootste zijstandaard. De motor wordt naar voren gehaald, en op de zijstandaard gezet, die prompt in het vochtige gras wegzakt. Daar sta je dan met je T-shirt voor de beste standaard, moet je toch de CX blijven ondersteunen. Tja.

Ook is er een prijs voor het touwtrek-team dat de tweede plaats heeft behaald. En terwijl die jongens hun prijs in ontvangst nemen staan tussen het publiek de eerste -prijs winnaars al klaar om het toneel te betreden. Dan worden Coen en zijn team naar voren gehaald om hun welverdiende eerste prijs in ontvangst te nemen, met daarbij een flinke medaille.

een flinke madaille
... een flinke madaille ...

De mooiste CX is ditmaal een zwarte zijspan combinatie, en daarna is de prijsuitreiking ten einde. Een ieder wordt nog bedankt voor de aanwezigheid, en met een "tot volgend jaar" is dit laatste officiële programma punt ten einde. Wat blijft es nog een genoeglijke avond, die slechts een klein beetje wordt verknoeid door de miezerregen die boven Vechta blijft hangen, en die er voor zorgt dat de beschutte plekjes zoals de grote tent vol staan met mensen. Dat maakt het ook wel weer gezellig, en op een goed moment loop ik de grote tent binnen waar een groepje Dutch-CX-ers een tafel en twee bankjes heeft veroverd en naar de muziek luistert die een zanger niet onverdienstelijk ten gehore brengt. De stemming is goed, en als we eenmaal eruit zijn hoe het zit met Tetotutati en dat Henk eigenlijk Tuto is, is het alweer tijd voor het volgende rondje. Het is zelfs zo gezellig, dat als de zanger even rust neemt om de keel te smeren of adem te halen, een aantal Dutch-CX-ers uitbarst met het oer- Hollandse schone lied "daar in het kleine cafe aan de haven...." De Duitsers snappen er niet veel van, maar het draagt in elk geval bij aan de toch al niet geringe feestvreugde.

het kleine cafe
... "daar in het kleine café ..." ...

Maar ondanks die feestvreugde is het toch niet te ontkennen dat het een vermoeiende dag is geweest, en of ik morgen nu wel of niet om twaalf uur vertrek, er zal eerst geslapen moeten worden. Dus worden de feestvierenden goedenacht gewenst, vraag ik nog twee broodjes bij de snackcar, en zoek ik tent en slaapzak op. Binnen de kortste keren val ik in slaap.

Als ik, de roep van de natuur volgend, om halftwee nog even naar de toiletten loop zie en hoor ik een groepje Dutch CX-ers nog bij het kampvuur zitten. Ik ben benieuwd tot hoe vroeg die door zullen gaan, en hoeveel slaap die zullen krijgen. Ik val gelukkig vrij snel weer in slaap, na de vermoeienissen van de dag en avond. Morgen thuisreis, in een groep, of toch maar alleen? is de vraag waarmee ik in slaap val......



Proloog        Dag 1        Dag 2        Dag 3


Terug naar de Motorpagina