Vechta 2025 - Dag 3 - Zondag |
Het was pas zeven uur dat ik wakker werd. De zon scheen al, het was licht buiten en de slaap was helemaal weg. Stilletjes, om de anderen niet te storen, werden de laatste spullen in de tassen gedaan, en werden de tassen alvast naar de motor gebracht en in de zijkoffers gedaan. En ook al zijn die zijkoffers kleiner dan ze eruit zien, alles werd weer ingeladen. De motorlaarzen moesten nog even wachten, die zouden pas op het laatste moment aangetrokken worden, waarna de schoenen in de topkoffer zouden verdwijnen. | ||||
En toen kwam ik Kaithlyn tegen, die een vervelend verhaal had. Iemand had de koplamp van de Yamaha MT10 van haar vriend vernield. Kennelijk moedwillig, en volgens de tijdlijn van de foto's moest het op het treffen-terrein gebeurd zijn. Een vervelende zaak, te meer omdat er een algemeen gevoel was dat wij, CX-rijders onder elkaar, elkaar gewoon konden vertrouwen. De motor hoeft niet op slot, en kan gewoon op het veld blijven staan, in plaats van angstvallig dicht bij de tent te worden geparkeerd. Niet dus. Het gaf een beetje naar gevoel, Vechta was in eens een stukje minder Vechta. | ||||
Afscheid werd genomen van deze en gene, en de meeste Dutch CX-ers zou ik in Augustus weer zien, bij het Nederlandse treffen in Collendoorn. Laarzen aan, helm op, oordopjes in, en daar ging ik. Mijn eerste stop moest een tankstation zijn, want na het toeren gisteren stond de dagteller op ruim 250. Nu zou de Deauville waarschijnlijk wel tot 320 kilometers afstand of nog hoger kunnen komen, maar dat risico was toch echt te groot. | ||||
Vechta uit, en over de Bokerne Damm via de Dinklager strasse in de richting Quackenbrück. Het was de route die ik voor de heenweg had uitgezocht, en daarna op de computer had omgedraaid. Niets aan de hand, gaat gewoon goed. Maar wat was dat? TomTom gaf aan dat ik verkeerd zat, en moest omdraaien. Euh... nou ja, vooruit dan maar. En plots was daar een heel klein weggetje rechts, wat de juiste route zou zijn. Euh.. alweer, vooruit dan maar. Dit weggetje was een lappendeken van slecht gerepareerd asfalt over nog slechtere stukjes weg, met af en toe een paar meter redelijke weg, gevolgd door een ruggengraat schuddende gatenkaas in de weg. Niet leuk. | ||||
Na 700 meter was het voorbij. En even later kon ik de B68 opdraaien in de richting Ankum. Gelukkig. Maar waar kwam dat rot stuk weg vandaan? En ineens wist ik het. Jaren geleden had ik voor het eerst de route via de B68 gereden, met een groepje op weg naar Vechta. Toen was er een grindpad geweest, waar ik bijna onderuit geslipt was. En dat was nu dat hobbelige paadje geworden. Bij het plannen naar Vechta hou ik rekening met juist dat wegje, en doe alle moeite om dat te vermijden. Maar als je gewoon een route omdraait, en verder niet controleerd, dan kunnen dat soort dingen gebeuren. | ||||
In Ankum werd getankt. En vanaf daar werd de route gevolgd die ik thuis had uitgezet, wel met de gedachte dat het misschien iets anders zou kunnen. Want de keuze was: binnendoor, of de snelweg? als ik weer in Nederland zou zijn. Ik nam, zoals gepland, de 26 van Nordhorn naar Bad Bentheim, en had daarmee eigenlijk al de keuze gemaakt voor de snelweg. Maar eerst was het tijd om de motor even stil te zetten, en een flinke slok water te nemen. Het was al erg warm aan het worden. | ||||
![]() ... even stil zetten ... | ||||
Waar de 26 over de snelweg 30/E30 gaat werd er naar Nederland gereden. En bij grensovergang “De Poppe” zag ik aan de overkant een rij auto's staan te wachten om gecontroleerd te worden door de Duitse grenswachten. Dat had er dus ook gestaan op vrijdag. | ||||
Nu de 30 weer gewoon de A1 was moest ik wel eventjes wennen aan de toe te passen snelheid. Ik merkte dat ik vrij snel boven de toegestane snelheid van honderd kilometer per uur zat. Het leverde wel een lekker rijwindje op, al was het dan een warme wind. Af en toe werd ik ingehaald, af en toe haalde ik wat ik. Ja, het ging rustig verder. Mijn route ging uit van de afslag Hoenderloo, en daar werd er weer even een drinkpauze gehouden. Maar nu was ik er dan ook bijna, dat laatste halve uurtje zou geen problemen opleveren. | ||||
En dat deed het dan ook niet. Kennelijk vond iedereen het veel te warm om de weg op te gaan, zodat ik bijna vrij baan had tot Ede. De enkele auto die mij zo dringend in moest halen kon de ver voor me rijdende vrachtwagen niet passeren, zodat ik bij de rotonde Otterlo er weer direct achter het stond. Iets verderop zag ik de temperatuurmeter op 34 graden staan.... | ||||
Nog voor twaalf uur was ik thuis. Ontbijt in Vechta, lunch in Ede. Een vlotte reis. | ||||
|