Terug naar de Motor-pagina
Vorig - Aankomst in Santiago -
Volgende - Het begin van de weg terug -




De Kathedraal en Finisterre

Zondag 13 Mei

Het ontbijt bestaat deze morgen uit koffie, zo blijkt. En daarna is het Ron die opmerkt dat het achterlicht van de CX toch veel te flauw brand. Is de reflector wel goed, vraagt hij. Dat idee had ik ook al, en daarom zit er nu een andere kap, met andere reflector op. Dan moeten we alles eens nameten. Er zijn twee multimeters meegekomen, dus dat is ook geen probleem. Spanning is wat laag, 10 tot 11 volt, maar dan draait de motor nog niet, en daarna, ook zonder draaiende motor, wordt de stroom door de lamp gemeten. Wat hoofdrekenwerk wijst niet op grote afwijkingen van wat verwacht mag worden. Wat dan ? Wat zou de spanning op de zekering dan zijn?

De meter wordt aan de eerste zekering gezet, en geeft niks aan. De andere zekering dan. Die geeft, net als de eerste ook met een zachte 'flits' de elektrische geest. Wanneer je spanning gaat meten moet de meter wel weer naar 'Volt' worden omgeschakeld. Maar ook dan, na het vervangen van de zekeringen bovenop het stuur, blijft de spanning vrij laag, tussen 10-11 volt. Voordat er nog meer zekeringen zachtjes stuk gaan vind ik het eigenlijk wel genoeg. Ja, het licht brand niet zo fel als dat ik zou willen. Nee, ik, en anderen met mij, heb geen idee waarom. Ik bouw de CX weer in elkaar, sluit nog even wat draden weer goed aan, en vind het welletjes. Het werkt: Afblijven.

Op de motor, maar nu zonder alle bagage, vertrekken we. Nu eerst naar de kathedraal, dan verder rijden naar Finisterre. De kathedraal is goed bewegwijzerd, maar er komen met auto of motor is toch een heel ander verhaal. Uiteindelijk worden de motoren op een parkeerplaats neergezet, op gedeeltes voorzien van gele strepen. Geen idee waar die strepen voor zijn, maar voorlopig staat het spul. Te voet gaan we verder naar het plein. Ergens raak ik Luc en de anderen kwijt, maar ik loop stug door. Want nu wil ik er komen ook!

voorlopig staat het spul
... voorlopig staat het spul ...
foto Nick L.


Het plein voor de kathedraal in Santiago. Vol met mensen, vol met muziek, met van alles wat, het lijkt erop dat er een sportevenement, een decatlon of zoiets plaatsvind, en de startplek is: juist, dit plein. Mensen lopen af en aan, iemand roept wat in een microfoon, en de muziek speelt luid populaire deuntjes. In het Spaans vanzelfsprekend, dus ik hoor van alles, maar versta niks.

Het midden van het plein, daar ga ik heen, op zoek naar de laatste Santiago schelp van de weg naar Santiago. Ik moet even wachten, want een aantal pelgrims heeft zich erop neergezet, maar als die weg zijn: fotootje, klaar.

schelp op het plein
... schelp op het plein ...


Dan zie ik Luc, Ron en Nick het plein oplopen. Bij een bank hadden ze even de kas aangevuld, want ook dat moet af en toe gebeuren. Nu zijn ze er ook, en worden er nog meer foto's gemaakt, waarbij ik voor de kathedraal sta, en ook eentje met de vlag in mijn handen die ik twee jaar geleden meekreeg van de CX-clubbers die mij toen uitzwaaiden. Ik was het niet vergeten. Nu de keuze: naar binnen of niet? Toch maar wel even doen, want ik ben er nou toch.

de kathedraal
... de kathedraal ...

voor de kathedraal
... ik voor de kathedraal ...

Het is een groot en imposant gebouw, aan de buitenkant, en binnen is het zo mogelijk nog grootser. Dan, als ik amper tien passen heb gezet, valt met een klap het besef op me: Ik ben er. Ik ben HIER, in Santiago, in de kathedraal. Hier heb ik drie jaar lang naar toegewerkt, naar toegeleefd, om dit te bereiken heb ik uren zitten denken, zitten zoeken op de computer, om hier te komen heb ik veel, heel veel energie ingezet, en nu, NU, nu ben ik er. Vanaf het moment dat het idee kwam, dat ik het besluit nam om dit te proberen, dit te doen, is er drie jaar aan voorbereidingen geweest, ben ik twee maal eerder vertrokken, en dat alles om DIT te bereiken, en nu is het, de derde keer, gelukt, IK BEN ER!!!!!

De emotie, of is het de opluchting, is groot, en de tranen die blijven stromen. Ik snap het niet, maar dat kan me even niet schelen. Ik loop langzaam en zachtjes verder door de immense ruimte, weliswaar aan de zijkant, want er is een dienst aan de gang, 't is tenslotte zondag. Heiligen in een nis, kruisbeelden, kaarsen, en beschilderingen, de kathedraal van Santiago is een belevenis op zich. Als in een droom loop ik hier, onderwijl pogingen doen om te bevatten dat ik er ben, op DEZE plek.

Ook ik loop achter het beeld van de heilige Jacobus langs, langs de plek waar duizenden, zo niet honderdduizenden, al hebben gelopen. Pelgrims uit alle windstreken, waarvan sommigen duizenden kilometers hebben gelopen, hebben hier gestaan, hebben het beeld van Jacobus omarmd, en zijn daarna naar huis teruggekeerd. Voor me loopt een non naar boven, achter me een wandel of fiets pelgrim. En daartussenin sta ik, een wat vreemde pelgrim, in een zwaar motorpak, met een tanktas aan de schouder, en een helm in de hand. Ook ik leg een hand op het beeld van Jacobus.

Het besef komt langzaam, want ik kan hier niet blijven staan, zachtjes snikkend, terwijl de emoties de vrije loop krijgen. Na mij komen nog anderen, en ook zij hebben een prestatie geleverd. Mijn prestatie is anders, jazeker, maar toch een prestatie. Hun tocht is een andere geweest als de mijne, want de mijne was op het zadel van mijn motor, maar toch.......

Als ik het trapje af gelopen ben vind ik om de hoek een traptreetje, de tas en helm zakken op de grond, en ik moet even gaan zitten. Het duurt even, ja, het duurt vrij lang, maar op een gegeven moment ben ik weer in staat om op te staan, om verder te gaan. De tranen worden gedroogd en we lopen naar buiten.

Dan besef ik dat ik nog een belofte moet invullen: als ik in Santiago ben, moet ik een kaarsje opsteken voor deze en gene. Dus terug naar binnen. Het is een katholieke traditie, maar wel eentje waar ik wat mee kan, de traditie van het doorgeven van licht en hoop in de wereld. Jammer is alleen dat ook hier, in Santiago, de echte kaarsen vervangen zijn door elektronische kaarsen. De intentie is gelijk gebleven, maar de sfeer is toch anders.

Natuurlijk moet ik wel even het winkeltje naast de kathedraal in, waar ze van alles verkopen, als het maar te doen heeft met de pelgrimsweg. Symboolstickers, schelpen, kruisjes, in soorten en maten, als sleutelhanger en als kaarsenstandaard, je kunt het niet bedenken, of het is hier te koop. Ik gedraag me als een echte toerist, en neem dus snuisterijtjes mee voor thuis. Maar ook koop ik vier sleutelhangers, en die deel ik uit aan mijn medereizigers.

Nu uit de stad zien te komen, en een mooie binnendoorweg naar Finisterre zien te vinden. Dat lukt, en nu is het volgende probleem: tanken. Het is geen dringend probleem, maar toch begin ik langzaamaan naar een tankstation uit te kijken. Dat vinden we plotseling in een klein plaatsje, en daar worden de motoren weer volgegooid voor de rest van de dag. Ongeveer tegenover het tankstation is één van die merkwaardige begraafplaatsen, net een flatgebouw. Ik ben zoiets totaal niet gewend, maar de inwoners hier zullen heel gek kijken bij een begraafplaats in Nederland.

Finisterre is het doel voor deze dag. Dus tankstation en begraafplaats worden verlaten, en we draaien weer de weg op. Achter de TomTom aan, maar niet vergetend dat er wegen zijn die niet in de TomTom staan, en dat er wegen niet zijn die misschien wel in de TomTom staan. Ogen openhouden is de boodschap.

Het is een laatste-seconde besluit, maar ik zie 'Finisterre' op een bordje staan, wijzend naar een gloednieuwe weg die die kaarsrecht over de bergen loopt. Ik rem, bijna te hard voor Luc, die vlak achter me rijd, en ga die onbekende weg op. TomTom verbaasd zich ook, want die heeft ook geen idee wat ik nu aan het doen ben, maar het pakt allemaal goed uit, en deze weg komt uit aan de rand van Fisterra, het plaatsje bij de gelijknamige kaap, Finisterre.

Ik ben toch verbaasd als het laatste stuk van de weg steeds verder naar boven gaat. Zo hoog is het daar, in Finisterre, toch niet? Jawel dus. De weg eindigt op een parkeerplaats, hoog boven de zeespiegel. Terwijl de anderen eerst even uitrusten met een sigaret, loop ik vast wat heen en weer om de boel te verkennen. Ook hier is de commercie aanwezig. Een uitstalling vanuit een auto met Italiaans nummerbord, met T-shirts als 'end of the road' , en 'World's End' die wapperen in de wind. Verderop een man die handgeweven kleding verkoopt, volgens het in het Engels gestelde bordje. En nog verderop, net voor het terrein van de eigenlijke vuurtoren, een café of bar, die, heel Spaans, dicht is.

Het is nog een driehonderd meter vanaf de parkeerplaats naar het laatste, of eerste, wegwijzer paaltje, waar de '0 km' aanduiding op staat. Ergens denk ik dat dit ook een commerciële wegwijzer is. 'Loop na Santiago nog door, en dan kom je echt bij het begin van de pelgrims route', is de boodschap. Maar het kan ook de plek markeren waar volgens de legende de stenen boot met het lichaam van de apostel aan wal is gekomen. Rare plek dan wel, want dan moesten ze wel al die rotsen over klimmen, om ergens te komen.

kaap finisterre
... kaap Finisterre ...

o km aanduiding
... 0 km aanduiding ...

Hoe het ook zij, we maken wat foto's van onszelf bij het begin, of in ons geval eindpunt van de pelgrimsroute naar Santiago. En dan lopen we nog wat verder, alle motorspullen meesjouwend. Ik heb er even genoeg van, is er dan geen andere oplossing? En die is er. Een jongedame probeert wat sieraden te verkopen, net daar, waar de trap naar het uiterste puntje van de kaap begint. Als ik mijn spullen tegen de wand aanzet, en zeg 'Senorita, por favor' en op mijn ogen, en vervolgens mijn spullen wijs, glimlacht ze en knikt. Mooi. Maar als ik haar vijf euro voor de moeite wil geven gebaart ze naar de uitstalling vóór haar. Ah! Ze wil er niets voor hebben, dat ze op mijn spullen past, maar ik word wel uitgenodigd wat te kopen. Wel ja, ook een oplossing.

Ik loop van de trap af, naar de rotsige uiteinde van de landtong waar de vuurtoren staat. Het is niet mogelijk om helemaal aan de rand van de rotsen te komen, bij het water, er blijft een respectabel hoogte verschil over. Ver beneden me varen bootjes over een schijnbaar vlakke zee. Verder kan ik niet komen, en de gedachte komt bij me op, dat vanaf dit punt, elke stap een stap terug naar huis is. Terug van het einde van de wereld.

verder kan ik niet komen
... verder kan ik niet komen ...
foto Ron L.
Terug maar weer, naar de camping. Maar eerst even wat eten, zo vinden we. In Fisterra wordt een restaurant gevonden, en daar is het 'brunch', terwijl Nick en Ron op de aanwezige TV de een of andere GP-race zitten te volgen. Maar na het eten worden de eigen motoren opgezocht, en gaan we verder. Tenminste, dat is de bedoeling, maar ik merk na een paar honderd meter dat ik vergeten ben mijn helm vast te doen. Stoppen, en het gemis verhelpen. Goed dan, nu verder, langs de kust naar Santiago terug.

De kust is hier prachtig, wonderbaarlijk mooi, de weg erlangs weeft zicht door de bossen, langs de dorpjes, en langs die fantastisch mooie Spaanse kust. We rijden, zo lijkt me, een groot gedeelte van de baai rond, maar het uitzicht blijft schitterend vanuit elke hoek. De sigarettenpauze, op een idyllisch parkeerplekje hoog boven de baai loopt wat uit, als iedereen toch even in het gras gaat liggen, en eventjes, heel eventjes de oogjes sluit.

uitzicht blijft schitterend
... het uitzicht blijft schitterend ...

eventjes de oogjes sluit
... eventjes de oogjes sluit ...
foto Nick L.
Zodoende is het wat later als we weer opstappen. Nu wordt er toch een stuk eerder de weg naar Santiago opgezocht, en gevonden. Terwijl de zee achter ons verdwijnt rijden we door groene bossen terug naar de camping. Het laatste stuk gaat over een snelweg/autoweg, en we komen wat later terug als we hadden verwacht. Maar het is wel een mooie dag geweest.

Terug op de camping wordt de was opgehaald, die de vorige dag is ingeleverd, en ook wordt, in een poging om iedereen toch een goede nachtrust te geven, het aangrenzende huisje voor één nacht bij gehuurd. Een goede slaap is erg belangrijk, zo beginnen we allemaal te merken. Nu dat geregeld is wordt de was uitgesorteerd, En het kost even wat moeite, maar uiteindelijk heeft een ieder weer ongeveer dezelfde soort en hoeveelheid kleding die is ingeleverd. Lastig alleen, die zwarte T-shirts, allemaal hetzelfde, en ook veel in dezelfde maat.

De dag wordt afgesloten met een bezoek aan Nick's favoriete restaurant: de Mac Donalds. En terug op de camping word er nog wat gedronken in de bar van de camping. Ik heb het na twee cola-tjes al weer gezien, en ga mijn bed opzoeken. Het is een lange, en emotionele dag geweest, met dat bezoek aan die kathedraal. Een zeer emotionele dag.......





Vorig - Aankomst in Santiago -
Volgende - Het begin van de weg terug -